Hadjememaar

Het anarchisme van de jaren twintig

Stembiljet voor de Gemeente Amsterdam 1921 
Bron: Stadsarchief Amsterdam

In maart 1921 vond er een opmerkelijk tafereel plaats in de straten van Amsterdam. Een pamflet met de tekst 'hadden jullie me maar!' werd verspreid naar aanleiding van de aankomende gemeenteraadsverkiezingen. Op de voorkant stond een afbeelding van de vrolijke zwerver Cornelis de Gelder, beter bekend als 'hadjememaar'. Cornelis de Gelder, geboren op 22 november 1856 te Amsterdam, werd na het verliezen van zijn twee echtgenotes alleen achtergelaten met de zorg over zijn vijf kinderen. De lasten werden hem te zwaar, waardoor hij al snel zijn toevlucht zocht in de drank en het Rembrandtplein als zijn nieuwe thuis verkoos.

Het pamflet voor de Amsterdamse gemeenteraadsverkiezingen had een dubbelzinnige boodschap. Enerzijds riep het mensen op om te stemmen, maar tegelijkertijd bekritiseerde het het democratische bestel.

Bij de uiteindelijke verkiezingen kreeg Cornelis de Gelder ongeveer 14.000 stemmen, genoeg om een plekje te verwerven in het Amsterdamse gemeentebestuur. Voor de verkiezingen was Cornelis de Gelder al een bekend gezicht voor de vele inwoners uit de hoofdstad. Zijn naamsbekendheid zal hem niet tegengewerkt hebben tijdens de stemronde.


Een terras aan het Rembrandtplein met de bekende Amsterdamse straatfiguur Cornelis de Gelder alias "Had je me maar", 1920 ca. Bron: Stadsarchief Amsterdam

Het was geen toeval dat juist in 1921 een dakloze voor de Amsterdamse gemeenteraad werd verkozen. In diezelfde maart 1921 werd de Rapaille Partij opgericht in het Amsterdamse café 'de Uilenkelder'. In dit cafe kwamen verschillende groepen dadaïsten, anarchisten en andere alternatieve bewegingen regelmatig bijeen. De partij werd hier opgericht onder leiding van Erich Wichmann, een gepassioneerde kunstenaar, anti-parlementariër en latere fascist, en Gerhard Rijnders, een anarchist. De partij verwierf bekendheid, niet vanwege standpunten als: gratis bier voor alle inwoners van Amsterdam, vrij jagen in het Vondelpark, of het vervangen van urinoirs door bomen, maar voornamelijk vanwege hun verzet tegen het huidige democratische systeem. Vanuit hun anarchistische overtuigingen besloten Erich Wichmann en Gerhard Rijnders om de dakloze De Gelder als lijsttrekker kandidaat te stellen.

De jaren twintig waren een periode waarin het Nederlandse anarchisme hoogtijdagen vierde. Het blad 'De Vrije Socialist', dat in 1898 verscheen, markeerde het begin van de anarchistische beweging in Nederland, welke door de jaren heen alleenmaar meer volgers aan zich wist te binden. Het anarchisme had lang geen georganiseerde structuur en verzette zich tegen het vormen van partijen of gezamenlijke bewegingen. Het was sterk antimilitaristisch en verafschuwde iedere vorm van geweld. Het kandidaatschap van De Gelder voor de Amsterdamse Gemeenteraad was bedoeld als protest tegen de nationale stemplicht die in 1917 was ingevoerd. In anarchistische kringen werd de stemplicht veelal gezien als een middel tot slaafse gehoorzaamheid. Een middel dat tevens tot brede apathie in de samenleving zou leiden.

Hoewel Cornelis de Gelder na de verkiezingen één zetels kreeg toegewezen, kon hij deze helaas nooit innemen. Kort na de verkiezingen werd hij namelijk gearresteerd wegens openbare dronkenschap en naar een inrichting gestuurd.

Na de verkiezingen van 1921 probeerden andere anarchistische groepen het 'succes' van Hadjememaar te evenaren, maar de hoogtijdagen van de Rapaille Partij waren inmiddels al voorbij. Na zijn terugkeer uit de inrichting was Cornelis de Gelder een veranderd man. Hij was niet langer afhankelijk van drank en kon in zijn eigen levensonderhoud voorzien door prentbriefkaarten te maken en te verkopen. Zijn wederkeren tot de maatschappij kwam echter tot een kortstondig tragisch einde. Cornelis de Gelder overleed op 1 december 1931 na een ongelukkige aanrijding met een auto bij het Leidse Bosje.

De belangrijkste erfenis van dit bijzondere tafereel uit de jaren twintig is misschien wel het begrip 'hadjememaar' zelf. Het wordt vandaag de dag nog  gebruikt in het politieke discours om anti-establishment kandidaten met weinig politieke ervaring te duiden.


- Hofland, H.J.A., Jagen in het Vondelpark (2002, 1 februari) in Trouw.
     
- Velden, S. Van Der., Van SDB Tot SP : 125 Jaar Socialisme in Nederland (Amsterdam 2008).

- Vossen, K.P.S.S., Vrij vissen in het Vondelpark. Kleine politieke partijen in Nederland 1918-1940 (Amsterdam 2003).